Softwareontwikkelaars hebben jaren geleden een rechtszaak aangespannen waarin wordt beweerd dat Apple de App Store gebruikt om een monopolie op iOS-software af te dwingen. Apple stelt dat ontwikkelaars niet het recht hebben om deze rechtszaak aan te spannen, alleen consumenten.
Het juridische manoeuvreren sleept zich voort, maar het Amerikaanse Hooggerechtshof heeft zojuist aangekondigd dat het de kwestie zal behandelen tijdens zijn volgende zittingsperiode, die in oktober begint.
Het gekibbel begon al in 2011 met Apple v. Peper. Op dat moment vroegen de eisers om class action-status voor hun klacht over hoge App Store-commissies als gevolg van een monopolie. Als die status wordt toegekend, kunnen alle ontwikkelaars van iPhone- en iPad-software mogelijk profiteren.
Het debat tot nu toe draait om een beslissing van het Hooggerechtshof uit 1977 dat alleen consumenten kunnen aanklagen op grond van de federale antitrustwet.
Een lagere rechtbank zei dat de ontwikkelaars deze rechtszaak niet kunnen aanspannen omdat ze geen consumenten zijn, maar een hogere rechtbank verwierp die beslissing. Nu gaat de hoogste rechtbank in het land zich over de kwestie buigen.
Zelfs niet tot ronde 1
Houd er rekening mee dat alle juridische gevechten tot nu toe gaan over de vraag of de applicatie-ontwikkelaars zelfs een antitrustrechtszaak kunnen aanspannen. Er is geen discussie geweest over de eigenlijke vraag: is de App Store een monopolie?
Apple vereist wel dat alle iPhone/iPad-software uitsluitend via de App Store wordt verkocht. En het rekent een commissie van 30 procent. De enige uitzondering is abonnementssoftware en -services, waarvoor het bedrijf een commissie van 15 procent wijzigt.
Het is 7 jaar geleden en consumenten hebben nog geen eigen rechtszaak aangespannen ter ondersteuning van Apple v. Peper. Dit verzwakt het argument van de ontwikkelaars dat de commissie van 30 procent van Apple de prijzen van iOS-software opdrijft.
Het lijkt erop dat, in plaats van dat het publiek wordt gekwetst door de hoge commissies van Apple, het ontwikkelaars zijn.
Dit is niet het enige geval dat de advocaten van Apple bezig houdt. Er is ook een groeiend aantal rechtszaken gerelateerd aan het MacBook Pro-toetsenbord.